Travel around Darwin - Reisverslag uit Darwin, Australië van Dennis Zijtveld - WaarBenJij.nu Travel around Darwin - Reisverslag uit Darwin, Australië van Dennis Zijtveld - WaarBenJij.nu

Travel around Darwin

Door: Dennis

Blijf op de hoogte en volg Dennis

10 September 2013 | Australië, Darwin

Zoals velen waarschijnlijk al via facebook hebben gezien: Ik heb een job! Biertjes tappen in het Ethidad Stadium, Crown Casino, Hilton Hotel en elders waar ik nog geen weet van heb. Ik kon in ieder geval met een gerust hart op weg naar Darwin en wat een uitputtingsslag zou dat gaan worden.

Het begon allemaal op een koude donderdagavond. Het ging zoals gebruikelijk als we ergens heen moeten met zijn tweeën. Annet die zich druk loopt te maken en ik die gewoon rustig zijn ding doet, want alles komt toch wel goed. En zo ging het dan ook. Zonder enige vertraging kwamen we op het vliegveld aan. Oké we wilden een bus eerder hebben, maar daar ging het dan weer even iets te rustig aan voor. Van de vliegreis van 2:00 tot 6:00 hebben we denk een kwartier in wakkere toestand meegemaakt, ofwel van het ene op het andere moment stonden we in de tropische warmte van Darwin.
Dag 1 bestond daarna uit liggen in de schaduw (liggen in de zon zou pure zelfmoord geweest zijn met mijn melkfles witte huid) en ’s avonds plannen wat we vanaf de volgende dag met de campervan wilden gaan aandoen. Van zaterdag tot zaterdag hadden we de beschikking over ons minihuisje op wielen. (Achteraf) Grappige gebeurtenis die dag was dat ik bij de douches in het hostel dacht dat er nog een Nederlander zou zijn, omdat er een Chasin’ broek over de rand van het douchehokje hing. De volgende dag merkte ik pas dat een broek van mij weg was en daarna realiseerde ik me pas dat die broek over het douchehokje mijn eigen broek was. Maar verder let ik wel goed op mijn spullen hoor mam! Some things will never change, laten we maar zeggen:$

Op dag 2 kwamen we in de veronderstelling dat we een 4WD campervan hadden gehuurd van een koude kermis thuis. De 4WD auto’s kunnen namelijk een aantal tracks wel afleggen waar je met een normale 2WD niet doorheen komt. Uiteindelijk hebben we dit deels op een andere manier opgelost, maar daar kom ik later op terug. Vervolgens werd er voor de komende 8 dagen eten ingeslagen en dat betekend dus heel veel blikvoedsel. Met de auto afgeladen met voedsel kon de reis naar niemandsland beginnen. At 3pm stond “The Jumping Croc Cruise” op het programma. Wat een imposante beesten zijn dat, zie pics. De boot was extra gebarricadeerd met hoge metalen wanden, zodat de crocs buiten gehouden konden worden en dat was maar goed ook. Na een anderhalf uur cruisen moesten we nog door naar de Ubirr een kilometer of 300 verderop. Een slopende rit in uiteindelijk totale duisternis. Aangekomen op de campsite scheen je te moeten betalen, maar door het donker konden we niets vinden. De eerste nacht slapen was verschrikkelijk. Aangezien de motor zich deels in het midden van de auto begeeft en minimaal 300 km lang heeft gedraaid, was ons busje in een privé sauna veranderd. De deuren en ramen wilden we ook niet opendoen, omdat we gewaarschuwd waren voor de hoeveelheid muskieten rondom Ubirr. Dusja, het is net wat je liever wilde.

De volgende morgen vervolgden we onze reis om 7:30 am naar de Rock Art Site van Ubirr. We reden al snel tegen dichte hekken aan, waarop stond dat de site pas om 8:30 am opengaat. Nabij was een walk track waar we toen onze eerste meters maakten door de natuur. We kwamen hier voor het eerst een walibi tegen en hoe hard we probeerden het beestje op de foto te zetten lukte het ons niet. Na een kwartier kat en muis spelletjes te hebben gespeeld hebben we het maar opgegeven. In de tussentijd was de Rock Art Site open. Grote rotswanden waren beschilderd door Aboriginals, waaruit nou niet echt bleek dat het een heel getalenteerd kunstenaars volk was. Maar goed, de next stop was Jim Jim Falls waar alleen 4WD cars doorheen konden. Hier probeerden we mee te liften met iemand en het had niets gescheeld of het was gelukt. We zagen een grote jeep staan en ik dacht: Nooit geschoten is altijd mis. Dus ik vroeg of hij nog plaats had in zijn jeep en hij was heel positief, maar toen we onze spullen pakten en naar zijn auto gingen zei hij mij verkeerd begrepen te hebben en dat hij dacht dat hij onze 2WD zou begeleiden. Vervolgens dropen we af naar het Warradjan cultural centre, waar de cultuur van de Aboriginals werd laten zien. Daarna was het plan om heel romantisch de sunset te bekijken bij de Mirrai lookout, alleen was ons niet verteld dat er bergen voor stonden.. Toen zijn we maar wild life gaan spotten (waaronder walibi’s), zie pics. Toen we aankwamen bij de campsite (bestaat alleen uit een open veld met een WC-blok) was het weer donker en was er verder niemand op een verdwaalde Duitser na. Robert (de Duitser) leeft van $25 per week en wilde gewoonweg niet in Duitsland zijn, waardoor hij nu bijna geldloos probeert niet in handen te vallen van rangers die om zijn Kakadu entreecard vragen.

Dag 4 begon weer vroeg en we zouden vandaag starten met een bushwalk van 12 kilometer langs Nourlangie. Het begin was stijl omhoog klimmen over rotsen en dichte begroeiing. Al snel steeg de temperatuur ook naar bijna 40°C. Je kreeg het gevoel alsof het water gewoonweg uit je lichaam werd geperst. Elke slok water die ik nam verdampte met dezelfde snelheid, maar het was het allemaal waard. Tussendoor kreeg Annet het nog op haar heupen, door mij als de slechts denkbare partner neer te zetten. Dit allemaal omdat ik een spin niet weghaalde, die ik overigens nooit gezien heb. Na bijna 5 uur hadden de we de route volbracht en wilden we maar één ding: Afkoelen. Bij een nabij gelegen camping in Cooinda zijn we toen het zwembad ingesniekt. Het was trouwens ook de eerste keer in drie dagen tijd dat we ons schoon konden maken. Het was nog net niet zo erg dat op de plaats waar we het zwembad insprongen een bruine stinkende drap bleef drijven (het zonk gelukkig meteen). Na nog wat ijs (van $15!!!) gegeten te hebben, vervolgden we de reis naar een “gratis” camping.

Dag 5 zou ons de watervallen en pools van Maguk en Gunlom brengen. Van de man waar we bijna mee naar Jim Jim Falls konden gaan, hoorden we dat de 4WD track naar Maguk niets voorstelde en dat dat ook wel te doen was met een 2WD. Dus sloegen we al om half 7 ’s ochtends af richting Maguk. Van de 10 km lange off road track kwamen we idd tot een kilometer of 4 niet heel veel tegen, maar daarna was er één stuk van 20-30 meter met los zand waar we het niet op durfde te wagen. Het zal vast in de handen van de commercie gevallen zijn (4WD zijn 2x zo duur als 2WD). Als we vast kwamen te zitten waren we niet verzekerd, omdat we ons niet op de 4WD tracks mochten begeven. Dus toen zijn we maar gaan (hard)lopen en wat ging dat een moeizame tocht worden. Na drie kilometer te hebben hardgelopen vondt Annet VERSE dingo sporen en op National Geographic heeft ze gezien dat ze altijd in groepen werken en ons met gemak konden doden. Ofwel PANIEK!! We zijn toch maar gewoon doorgelopen, want terug zou het dezelfde afstand zijn geweest als heen. En gelukkig maar dat we zijn doorgelopen, want wat een schitterende omgeving was dit, nogmaals zie pics. Het vreemde was dat we gewaarschuwd werden voor crocs en nog geen vijf meter verder stond een bord dat we er wel konden zwemmen?! De pool was te verleidelijk en stijf van de adrenaline zijn we het water ingesprongen. We hebben het overleeft;) Op de terugweg werden we de laatste kilometer opgepikt door een jeep en weer bij onze van afgezet.
De rit naar Gunlom was ook weer over gravel en met recht een “bumpy ride”. Met een snelheid tussen de 20 en 40 km/uur leek de campervan alles wat los en vast zat te verliezen. Voor een periode van 5 kwartier (over een stuk van 37 km) voelde ik me net een milkshake en Annet werd er ziek, zwak en vooral misselijk van. Het had ook niet heel veel langer moeten duren of de ruitenwissers waren nutteloos geweest om de ramen schoon te maken. Maar goed, ook dit was het uiteindelijk waard. Zwemmend in de top pool van Gunlom kon je zo de diepte inkijken waar de waterval in uitmond. Gaaf dus. Voor de terugweg hadden we toch maar een andere tactiek gekozen: Gas op die lollie! De terugweg hebben we uiteindelijk in 50 minuten afgelegd, zonder wagenzieke mensen of verloren onderdelen.
Er stond vervolgens nog een vrij lange reis op de planning naar Katherine. Onderweg wilden we nog een keer gaan tanken en ze hebben in national parcs de gewoonte om eerst je rijbewijs af te geven aan de balie. Dus toen ik mijn rijbewijs wilde afgeven, kwam ik al snel tot de conclusie dat het niet meer in mijn portemonnee zat. Die lag nog bij het tank station in Cooinda, oeps..
Door het donker kwamen we uiteindelijk terecht bij een dure camping ($40 p/n) uit. Hoewel we hier ook probeerden stiekem onze auto ergens te plaatsen, kwam er nu helaas wel iemand vragen naar onze incheck papieren helaas..

De ochtend erop waren we weer voor 7 uur onderweg (als het donker is heb je ook echt niets te doen in een auto). Met een klein uurtje rijden waren we bij Katherine Gorge, waar we een kanotocht zouden maken. Ik begrijp nu wel waarom het goed is voor teambuilding. We hadden een halve dag van 8 tot 12 de beschikking over het bootje en wilden zo ver mogelijk door de kloven van Katherine Gorge komen. Je voelde je heel klein tussen de grote rotswanden die het water beknelden. Maar hoe goed het ook ging op de heenweg, ontstond er een vijandig sfeertje (achteraf grappig). We moesten binnen een uur weer terug zijn om de spullen in te leveren en de kano ging alle kanten op, behalve de goede. Als er iemand dan goed is om op dat moment te gaan zeuren, is het Annet wel. Wat ik toen allemaal over me heen kreeg, had ik nog nooit meegemaakt. We houden het er wel op dat vrouwen gewoon niet anders kunnen. De rest van de dag stond in het teken van te voet de omgeving verkennen en handdoekje liggen.
De avond zouden we opnieuw in Katherine doorbrengen, maar we hadden allebei geen trek om weer geld te betalen aan een camping. Dus toen hebben we de auto op de parkeerplaats van de MacDonalds gestald. Vanuit onze campervan konden we voor het eerst zien wat er overgebleven is van de aboriginal cultuur. In Darwin hadden we ook al een aantal dronken of onder invloed van spul uit de “happy herb shop”, maar dat het echt zo erg was met die mensen konden we ons niet voorstellen. We hoorden dat de aboriginals geld (grote familie 3 ton/half jaar) kregen van de overheid, ter compensatie van het feit dat zij hun land hadden ingenomen. Daarvan kopen ze dus onwijse hoeveelheden drank en tabak en lopen ze de polonaise in en uit de MacDonalds.

De volgende ochtend, bang dat we alsnog gepakt werden door de politie voor slapen in je auto op de openbare weg, pakten we gauw onze biezen en vertrokken richting Edith Falls. Bij Edith Falls konden we ons weer opmaken voor een pittige klim en afdaling van en naar de top pools.
Die middag zouden we weer blikgroenten moeten eten. We waren een paar dagen eerder al achtergekomen dat we de verkeerde blikken uit de schappen hadden gehaald. De mais was gepureerd en gecreamed, de kant en klare spagetti was niet te kanen (en we hadden daarvan ook nog is 9 blikken) en het ergste was nog dat ik in de afgelopen 5 dagen geen vlees, kip of vis had gegeten. Ik voelde me helemaal leeg en dacht alleen maar aan biefstuk. Het ververvelendse was nog dat we de langste autorit voor de boeg hadden. Bij het eerste de beste tankstation hebben we een liter sport/energydrank gehaald en dat maakte (gelukkig) een wereld van verschil. De gewichtjes aan mijn oogleden waren verdwenen en tegen de avond kwamen we in Lichfield parc aan.
Op de camping kwamen we een oude boswachter tegen die ons als eerste kon vertellen waarom we op sommige plaatsen tussen de crocs konden zwemmen. Er zit namelijk een groot, letterlijk en figuurlijk, verschil tussen salt en fresh water crocs. Waar de salt water crocs alles eet wat ook maar enigszins een hardslag heeft of heeft gehad, hebben fresh water crocs een dieet van vis.
Teruggekomen bij de campervan werden we uitgenodigd door Waine (een Australier die altijd on the road is) om gebruik te maken van zijn bbq. Waarschijnlijk hadden de goden medelij met mij, want niet veel later bood Waine mij een stuk vlees aan, waar ik natuurlijk geen nee tegen kon zeggen. Achteraf bleek het ook nog eens het beste stuk van de T-bone te zijn, waarna ook nog een sausage als dessert volgde, lucky me:)
Later op de avond maakte Waine nog gehakt van de volgens Annet levensgevaarlijke Dingo’s. Die beesten schijnen eerder bang voor ons te zijn, dan wij voor hun moeten zijn. Dat betekende dus dat we op de heenweg naar Maguk best wat tijd (nou oké 5 minuten) verdaan hebben aan het onder controle krijgen van Annet. Maar goed, achteraf natuurlijk weer een leuk verhaal;)

Op dag 8 voelde ik me weer als herboren en zouden we HEEL Lichfield gaan doen met onder andere 4 watervallen. De afstanden sloegen vergeleken met Kakadu parc helemaal nergens op. Met een half uur rijden waren we wel weer op de volgende bestemming. Achtereenvolgens deden we Wangi Falls, Tollmer Falls, Buley Rockhole en Florence Falls aan plus alle walks die erbij hoorden. We hadden in de afgelopen dagen al zoveel watervallen gezien, dat het niet meer heel speciaal aanvoelde. Maar als je de foto’s terugkijkt is het alsnog onwijs mooi. De laatste tussenstop was bij de Magnetic Termite Mounds. Over efficiente bouwers gesproken, spannen termieten de kroon. Deze beestje, kleiner dan een centimeter, kunnen van hun eigen schijt een minimaal 5 meter hoog “huis” bouwen zo hard als steen, zie pic.

De laatste dag was aangebroken dat we de beschikking hadden over de campervan. ’s Ochtends, alweer vroeg, vertrokken we naar Berry Springs om daar nog wat te gaan relaxen. Hier bleek alweer dat we dichtbij Darwin waren, wat betekend dat veel Australiers aan het bbqen en vooral aan het bier drinken waren.
Om half vier moest de auto op de parkeerplaats staan tegenover het verhuurbedrijf en de autosleutel in de kluis gegooit worden. Aangezien het verhuurbedrijf om half drie sloot, besloten we de autosleutel nog een dag te houden en er een laatste avond in te slapen. Dit zou ons 64 dollar besparen aan hostelkosten, maar we liepen wel weer het risico op een boete van minimaal 300 dollar wegens slapen in een auto op de openbare weg. We zijn vervolgens naar het hostel gegaan waar we de week ervoor ook zaten en hebben daar gekookt en spullen in de koelkast achtergelaten, maar hebben niet ingecheckt. Na nog wat te hebben gesocialized met 4 Aussiese dames moesten we 10 uur naar onze campervan. Net als special forces slopen we naar onze auto en op het moment dat er even geen auto’s aankwamen ramde we de deur open, sprongen erin en sloten de deur zo snel maar geruisloos mogelijk. Snel sloten we alle gordijntjes en voor het volgende kwartier keken we tussen de gordijnen om te kijken of er geen politie of dronken mensen langskwamen. Uiteindelijk zijn we toch in slaap gevallen.

Bij zonsopgang pakten we onze spullen, deden alles op slot en gooiden eindelijk het sleuteltje in de kluis. Opgelucht dat we waren gingen we nu wel inchecken bij het hostel voor de laatste avond in Darwin. De rest van de dag bestond uit strand hangen en bijkomen van de trip.
Die avond besloten we naar Mindil Beach Sunset Market te gaan. Na een romantische zonsondergang op het strand te hebben gezien, kon er op de markt van krokodillen en gerecyclede banden mode tot inzicht in je toekomst gekocht worden. Het meest schokkende waren by far de bewegingen van de aboriginalse meiden op de live aboriginal muziek. Ik heb nog nooit eerder zo’n versie van “schudden met die kont van links naar rechts” gezien. Ik weet niet of er filmpjes op youtube hiervan bestaan, maar dit zijn nog nooit eerder vertoonde moves. Beyoncé en co moeten zich schamen in vergelijking met wat de abo meiden neerzetten.

De laatste dag, dag 11, stond in het teken van in het zonnetje afwachten tot we terug zouden gaan naar het vliegveld. We vlogen ook weer 2 uur ’s nachts terug, dus hadden nog een hele dag. Verder was dit bij uitstek de saaiste dag die we hadden. We hadden trouwens wel geluk met deze vlucht, de vlucht om 6pm had 8 uur vertraging!! Van de vlucht alweer vrij weinig meegekregen en toen waren we weer in het koude Melbourne..

Tot zover onze eerste reis door The Outback. To be continued!

  • 22 September 2013 - 17:40

    Meintje:

    Hallo Dennis en Annette.

    Wat een geweldig verslag. Maar dat je leuk kunt schrijven wisten we dankzij de sint-gedichten al.
    Wat doen jullie veel, wat gebeurt er een hoop, en wat gokken jullie veel.
    Het lijkt en is een geweldige reis maar dat Annet het af en toe benauwd krijgt snap ik wel. We hebben heerlijk zitten lachen om jullie avonturen omdat we ook al weten dat je het allemaal kunt na vertellen.
    Ik denk dat Ton en Marijke en ook Annet haar moeder blij zijn dat ze niet alles van te voren weten maar er pas over lezen als het allemaal al gebeurd is.
    Blijf verslagen maken, want we volgen jullie op de voet.
    Blijf er van genieten.
    Blijf toch ook voorzichtig....
    Let op je spullen....
    En pas goed op elkaar.-:)

    Groetjes en heeel veel liefs van Ome Frank en Tante Meintje, haha

  • 25 September 2013 - 22:19

    Hans Roterman:

    Dennis, beregoed (Dingo-good, croc-good) geschreven hoor. Hier, in het saaie Beverwijk, zie ik zo, door jouw ogen, de bushbush voor me ! Be carefull. Heel fijn verder verblijf.
    Groenten, Hans Roterman.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Australië, Darwin

Dennis

Actief sinds 04 Aug. 2013
Verslag gelezen: 326
Totaal aantal bezoekers 21363

Voorgaande reizen:

13 Juli 2013 - 31 Januari 2014

Australie/Nieuw-Zeeland

Landen bezocht: